In Nederland zijn er 2,5 miljoen mensen die moeite hebben met lezen en schrijven, 2,2 miljoen digibeten en 1,8 à 2,5 miljoen mensen met een lager IQ dan gemiddeld die moeite hebben om zich sociaal aan te passen. Voor deze mensen staat de digitale revolutie niet gelijk aan mogelijkheden, maar eerder aan moeilijkheden. Tijdens het Smart Humanity event, georganiseerd door de Koninklijke Nederlandse Vereniging van Informatieprofessionals (KNVI), vertelden professionele gebruikers en eindgebruikers wat ‘smart’ precies voor hen betekent.
Prinses Laurentien van Oranje vertelde als oprichtster van de Stichting Lezen & Schrijven over haar ervaring met minder taal- en digitaal vaardigen. Maar ook de Taalambassadeurs zelf, ex-cursisten van de Stichting Lezen & Schrijven, kwamen aan het woord over de uitdagingen waar zij voor staan in onze digitale samenleving. Een Europarlementariër, SER-voorzitter en wethouder konden de bezoekers van Smart Humanity vervolgens precies vertellen wat zij op respectievelijk Europees, landelijk en lokaal niveau aan deze problematiek doen.
Verwarring zaaien
“Ik hoop dat jullie aan het einde van de dag in een grotere staat van verwarring zijn dan toen jullie hier binnen kwamen lopen”, opent prinses Laurentien van Oranje de ochtend van Smart Humanity. Want, zo beredeneert zij, pas dan zul je als informatieprofessional proberen om de problematiek, en jouw rol daarbinnen, echt te begrijpen. In onze digitale samenleving wordt voor alles een technologische oplossing aangedragen, maar daarbij stevenen we voorbij aan de wensen en behoeften van een groot deel van onze samenleving. Waaronder laaggeletterden, digibeten en ouderen.
De prinses roept de aanwezigen van Smart Humanity dan ook op om tijdens onze nietsontziende digitaliseringsslag oog te houden voor alle burgers die ermee in aanraking komen. Zo ontving prinses Laurentien een mail die haar wakker schudde. De afzender vertelde sinds kort toegang te hebben tot spraaktechnologie, maar vertelde ook dat hij zich ondanks deze vooruitgang alsnog geen deel van de maatschappij voelt. “Informatieprofessionals zijn vertalers”, vertelt de prinses. “Zij moeten luisteren naar de behoeften en beleving van eindgebruikers om deze inzichten vervolgens te vertalen naar ‘smart’ oplossingen.”
Europees
Agnes Jongerius, Europarlementariër namens de PvdA, vertelt tijdens Smart Humanity wat digitalisering op Europees niveau betekent voor de arbeidsomstandigheden, werkgelegenheid en sociale zaken. Zij haalt daarbij de EU Pillar of Social Rights aan. Hierin staan nieuwe rechten die gelijke kansen, toegang tot de arbeidsmarkt, sociale bescherming en inclusie voor burgers moeten ondersteunen. Maar Jongerius ziet dat digitalisering die gelijke kansen in de weg staat. Als voorbeeld haalt ze Deliveroo en Uber aan, beide relatief nieuwe diensten op de digitale snelweg. Jongeren bij deze ondernemingen werken op oproepbasis, krijgen een stukloon en zijn vervolgens niet verzekerd als zij onder werktijd een ongeluk krijgen. Jongerius vindt dat burgers binnen de EU te veel als consument worden gezien. De doelstelling van digitalisering ligt te nadrukkelijk op lage prijzen en te weinig op de sociale gevolgen van de digitalisering.
Landelijk
Vervolgens kwam Mariëtte Hamer, voorzitter van de Sociaal-Economische Raad (SER), aan het woord op Smart Humanity. De SER is de belangrijkste adviesraad voor regering en parlement voor sociaaleconomische vraagstukken. Zij spreekt over de laatste ontwikkelingen op de arbeidsmarkt, zoals verduurzaming, globalisering, digitalisering en robotisering. Ontwikkelingen die banen opleveren, maar ook banen kosten en de manier van werken zullen veranderen. Een nieuwe manier van werken die voor de 2,5 miljoen laaggeletterden niet is weggelegd. De SER heeft dan ook de actie-agenda ‘Leven Lang Ontwikkelen’ opgesteld. Hiermee moedigen zij initiatieven aan die mensen ondersteunen bij het vergaren van de digitale vaardigheden die zij nodig hebben in deze digital age. “En een leven lang ontwikkelen betekent echt niet altijd dat je terug de schoolbanken in moet”, benadrukt Hamer.
Lokaal
Dat de participatiesamenleving en de digitalisering veel mooie initiatieven opleveren, daar is Lara de Brito, wethouder in Wageningen, het mee eens. Maar tegelijkertijd ziet zij hoe het de kloof vergroot tussen degenen die wel en niet goed met deze digitale mogelijkheden om kunnen gaan. Zo ziet zij binnen haar gemeente hoe digitaal vaardige inwoners veel makkelijker hun weg vinden binnen de overheid dan niet vaardige, vertelt zij tijdens Smart Humanity. Volgens De Brito moet de overheid een multidisciplinaire aanpak aanhangen en meer vanuit de inwoners handelen om dit probleem op te lossen. “Zij moeten in gedachten houden voor wie zij de oplossing maken en of het de inclusiviteit vergroot of juist de ongelijkheid. Tot slot kan dan nagedacht worden over de functionaliteit”, stelt De Brito. “Het is daarbij tijdens het ontwerpen van informatieoplossingen niet alleen belangrijk om vanuit de inwoners te handelen, maar ook mét hen.”
Eindgebruikers laten zich horen
De verhalen van Taalambassadeurs Jose Brunselaar, Rob Weijers en Paméla Melkert op Smart Humanity zijn misschien nog wel het meest indrukwekkend. Zij vertellen uit de eerste hand hoe het voelt om als laaggeletterde overrompeld te worden door de digitale stormloop. Weijers heeft bijvoorbeeld 45 jaar verborgen dat hij niet kon lezen en schrijven, terwijl hij een leidinggevende functie binnen een telecombedrijf had. Brunselaar leerde pas op haar 53ste lezen en schrijven. Nu zij eindelijk deze basisvaardigheden onder de knie hebben, lopen zij tegen hun gebrek aan digitale vaardigheden aan. Zoals Brunselaar die elke keer als ze met haar Digi-D inlogt niet genoeg tijd krijgt om de website door te lezen, want dan is haar sessie alweer verlopen. “Wij laaggeletterden worden nog steeds geboren. Laat ons niet in de schaduw staan!”, is de emotionele oproep van Melkert aan de specialisten in de zaal.
Eén gedachte
Alle sprekers van Smart Humanity weten uit hun eigen unieke perspectief licht te werpen op de uitdagingen die digitalisering in een diverse samenleving oplevert. Maar in alle presentaties is één gedachte prevalent: digitalisering biedt onze samenleving zeer veel mogelijkheden op vooruitgang, maar we mogen daarbij nooit het menselijke aspect uit het oog verliezen. Want als dat gebeurt zal dat een diepere kloof tussen digitaal vaardige en niet-vaardige burgers tot gevolg hebben. Aan informatieprofessionals de opgave om dat te voorkomen.