Hoewel ik me zorgen maak over de gevolgen van de coronacrisis, laat deze bijzondere tijd ook zien hoe creatief en flexibel wij zijn. Ik lees over bierbrouwers die ontsmettende handgels produceren en muzikanten die hun concertzalen hebben ingeruild voor de stoep van verpleeghuizen. Mijn voormalig CEO, Dirk Paessler, en een aantal van mijn superslimme collega’s deden ook een duit in het zakje. Zij ontwikkelden op verzoek van een Duitse arts binnen een weekend een calculator, waarmee zorginstellingen beter kunnen voorspellen hoeveel opnames en ic-opnames ziekenhuizen kunnen verwachten en vooral, wannéér.
Maar wat kunnen medische IT-professionals van ziekenhuizen nu doen? Nou, in elk geval zorgen dat IT alle zorgmedewerkers zo optimaal mogelijk ondersteunt. Oftewel, garanderen dat de IT-infrastructuur, dus ook alle medische apparatuur, zo soepel mogelijk blijft werken en apparaten niet ongemerkt uitvallen.
CT-scanners en andere modaliteiten monitoren
In een eerder blog gaf ik tips hoe ziekenhuizen PACS (Picture Archiving and Communication Systems) in de gaten kunnen houden. In dit blog wil ik het hebben over de modaliteiten, zoals MRI- en CT-scanners, echoapparaten en röntgenapparatuur. Hoewel er verschillende soorten modaliteiten zijn, is de manier waarop ze in de IT-infrastructuur van de zorg passen vergelijkbaar. De apparaten leggen de medische beelden vast en maken verbinding met een PACS om de beelden daar op te slaan. Voor deze acties gebruiken ze het Digital Imaging and Communication in Medicine (DICOM) protocol.
Het monitoren van modaliteiten is voor medische IT-specialisten helaas een uitdaging: veel van de beeldvormingsapparaten zijn niet makkelijk te bewaken. Ze bieden traditioneel geen SNMP- of Netflow-ondersteuning, dus het is niet mogelijk om ze op deze manier in je monitoringconcept op te nemen. Vaak bieden de apparaten niet eens een API die je kunt gebruiken om monitoringgegevens te extraheren, en als ze dat wel doen, kunnen ze niet worden geïntegreerd met de monitoring software. Grote kans dus dat de IT-infrastructuur in ziekenhuizen een aantal blinde vlekken heeft waarvan men de status niet kent. Gelukkig is er wel een manier om ze in je monitoringconcept op te nemen met behulp van het mechanisme dat de modaliteiten gebruiken om te communiceren. Dat mechanisme is, zoals genoemd, DICOM.
Bewaking met behulp van DICOM
Met een beetje creativiteit kunnen ziekenhuizen de modaliteiten toch controleren. Er zijn een aantal manieren om informatie te krijgen over de black boxes in de medische infrastructuur.
Controleer de beschikbaarheid en de reactietijden met C-ECHO
Zoals al vele decennia het geval is, is een ping-test nog steeds de eenvoudigste en snelste manier om te zien of een apparaat aanstaat en reageert. Terwijl de traditionele ping niet mogelijk is met veel modaliteiten, biedt DICOM iets wat er sterk op lijkt: de C-ECHO-request. Net als bij een ping kunnen ziekenhuizen een C-ECHO-request naar een apparaat sturen en controleren of er een reactie komt. Men kan (en moet) ook kijken hoe lang het duurt voordat de respons terugkomt, want hoge responstijden kunnen duiden op problemen met de modaliteit.
Tel de items in de werklijst met C-FIND
Aan elke modaliteit is een werklijst gekoppeld, waarop de geplande taken staan, evenals informatie over de patiënt. Het aantal items op de werklijst dat momenteel met een modaliteit wordt geassocieerd, is een goede indicator voor de gezondheid van het apparaat. Bijvoorbeeld: als de modaliteit een knelpunt of storing heeft, kan het aantal items in de werklijst onevenredig toenemen. Als het aantal items in de werklijst daarentegen te laag is, kan het zijn dat verzoeken niet door het apparaat worden verwerkt. Ziekenhuizen kunnen een C-FIND verzoek van DICOM gebruiken om de werklijst-items te tellen die aan een specifiek apparaat zijn gekoppeld, of om de telling over meerdere of alle modaliteiten te controleren. Zodra er een “gezond” bereik is vastgesteld voor de telling, kan men potentiële problemen zien als de telling hoger of lager is dan de verwachte waarden. Desgewenst kan men de toewijzing of verdeling van patiënten aan een specifieke modaliteit vervolgens aanpassen.
Controleer lokaal opgeslagen beelden met C-FIND
De gebruikelijke configuratie voor modaliteiten in ziekenhuizen is dat ze de beelden die ze vastleggen opslaan in een PACS of in een soort van opslag. Als er een verbindingsprobleem is en dit is niet mogelijk (er is bijvoorbeeld een netwerkstoring), dan kan de modaliteit de beelden lokaal opslaan. Door te controleren of een modaliteit beelden lokaal heeft opgeslagen, kun je dus ook problemen voorkomen. Gebruik wederom C-FIND om het apparaat te controleren op lokaal opgeslagen reeksen.
Ik hoop dat ik met deze tips een klein beetje bijdraag aan het werksucces van ziekenhuizen in tijden van crisis. Ik wens alle IT-professionals in de zorg (en ook daarbuiten) veel gezondheid en wijsheid toe.